Sri Lanka is een eiland ten zuiden van India. Het is ook bekend onder de oude naam Ceylon en beroemd vanwege de theeplantages. Sri Lanka betekent “beeldschoon eiland” en het heeft dan ook zeer veel te bieden. Deze parel in de Indische Oceaan heeft een prachtige natuur, een verscheidenheid aan landschappen, kilometerslange zandstranden, veel historie en cultuur, en vriendelijke lokale bevolking. Voor gezinnen met kinderen is een reis naar Sri Lanka zeker een aanrader!
Hier volgt een reisverslag van Kyra, dat zij op 14-jarige leeftijd schreef.
In de zomer van 2013 ben ik naar Sri Lanka geweest. Het eiland is pas een aantal jaar uit oorlog en heeft een rijke cultuur en vriendelijke mensen. Toen ik daar was heb ik veel gezien, wat voor mij, toen nog dertien jaar, een hele indruk was. De oude dorpjes en de prachtige flora en fauna waren één van de mooiste dingen die ik ooit in mijn leven heb gezien. Als Europeaan vond ik het verkeer daar erg interessant. Op wegen waar wij Nederlanders met z’n drieën naast elkaar zouden rijden, rijden Sri Lankanen met z’n vijven op een rij. En toch heb ik, in mijn drie weken daar, geen enkel ongeluk gezien. Alle geloven leven naast elkaar. In sommige straten staan de moskees, de hindoe-tempels en de boeddhistentempels naast elkaar. Het is fijn om te zien dat verschillende religies zo dicht naast elkaar kunnen leven.
Het bijzonderste van de hele reis waren de dieren. In vele hotels en krijg je te horen dat je niet je raam open moet laten staan als je weg gaat, omdat anders de aapjes naar binnen komen en je spullen stelen. Ergens in de tweede week gingen we op een safari. Ikzelf heb nog nooit een wild dier van zo dicht gezien. Opgroeiend op het platteland, is het wildste wat ik vóór Sri Lanka heb gezien, een koe. Toen we bij de jeepverhuur aankwamen, was ik verbaasd, je zag nergens in de buurt bossen of struiken. Het enige was ik zag was een hoop rood zand. De enige natuur die ik zag was een bos, zo’n twee kilometer van de verhuur. We stapten in een jeep, met vier plaatsen achterop. Onze permanente gids, die onze rondreis leidde, ging samen met ons mee. Hij was bijna net zo enthousiast als wij. Zelf had hij dat ook nooit gedaan. Hij verdiende erg weinig, en gaf ook veel geld aan z’n moeder. En had zelf nooit geld gehad om dit te doen, en was dus erg blij.
Na tien minuutjes rijden leek het landschap totaal veranderd te zijn. Van droog rood zand naar struiken en bomen. De chauffeur hield even een praatje in het singalees met de poortwachter, en toen mochten we door. We reden over een rood zandweggetje, door een landschap dat me om de één of andere reden aan afrika deed denken – wat best vreemd is, aangezien Sri Lanka in Azië ligt.
Enkele minuten later kwamen we allerlei andere jeeps tegen. Wat, volgens de chauffeur, meestal betekende dat er een dier te zien was. En ja hoor, naast het watertje stond een kudde olifanten. Olifanten die zichzelf aan het wassen waren, olifanten die aan het spelen waren, olifanten die vrolijk door de modder aan het rollen waren. Naast ons waren mensen vanuit hun jeep foto’s aan het maken. De chauffeurs waren tegen hen aan het vertellen dat ze niet zo moesten gillen, omdat het dan de dieren zou afschrikken. Toen ik wat beter keek, zag ik een groepje buffels grazen. Ze waren rustig hun eten aan het herkauwen. Ik had nog wel wat langer willen kijken, maar volgens onze gids waren er verderop luipaarden.
Op weg naar de luipaarden vertelde onze gids dat er maar een stuk of dertig luipaarden in hun reservaat waren, dus dat de kans dat we ze zouden zien erg klein was. We moesten ons voorbereiden op teleurstelling, werd ons verteld. De vorige groep had geen enkel dier gezien, en wij hadden blijkbaar al erg geluk dat we olifanten hadden gezien. Maar toch, verder op de weg hadden allerlei jeeps zich samengevoegd wat -ironisch genoeg- op een soort kudde jeeps leek. Dat kon maar één ding betekenen. Dieren. We voegden ons toe aan de kudde en daar lagen ze. Luipaarden, relaxend op een dikke tak. We zagen jammer genoeg alleen maar een staart van de ene, en een kop van de andere. We konden ze haast niet zien, dus stelde de chauffeur voor om verder te gaan.
We reden verder en na een tijdje zagen we een jeep in z’n eentje staan. Autopech? Probleem? Maar nee, want toen we daar aankwamen zagen we een luipaard, zo’n tien meter van ons vandaan, langzaam en relaxed drinken uit het vijvertje. Toen ze klaar was liep ze op haar gemakje achter onze auto langs. Met wijde opengesperde ogen keek ik haar aan. Totdat ze verdween in de bosjes.
We reden langs een watertje, waar niemand stond. Toch stopte onze chauffeur en wees naar het water. Drijvende boomstammen, wat is daar nou zo bijzonder aan? Maar toen ik goed keek zag ik het. Krokodillen. Ik vroeg aan de chauffeur wat er zou gebeuren als ik -niet dat ik het wilde, maar theoretisch gezien- in het water zou springen. De chauffeur glimlachte en zei: “well, then they’d attack you.” Gevaarlijke krokodillen dus. Na nog even rondgereden te hebben, was de tijd om en moesten we gaan, het zou namelijk gevaarlijk worden als het donker was. We reden terug naar de jeepverhuur en bedanken onze chauffeur/gids, voor de rit.
Het was veel leuker dan ik had gedacht. Daar rijden gaf me een gelukkig gevoel. Ik kon alleen maar lachen. Ik denk dat de gehele reis naar Sri Lanka één van de mooiste dingen in mijn leven was. Zeker een aanrader.
-Kyra
Hartelijk dank voor jouw verslag Kyra!
Comment (0)